Accountantskantoor Timmer

Nota naar aanleiding van het nader verslag Belastingplan 2023

HomeAccountancy NieuwsNota naar aanleiding van het nader verslag Belastingplan 2023

Terug naar vorige

De voorgestelde aanpassing in de giftenaftrek voor periodieke giften zal ingaan per 1 januari 2023. Voor op 4 oktober 2022 om 16.00 uur bestaande periodieke giften geldt overgangsrecht, waardoor het plafond van € 250.000 niet van toepassing is. Voor dit tijdstip is gekozen om anticipatiegedrag te voorkomen. Dit tijdstip is in de nota van wijziging opgenomen en aangekondigd bij persbericht. Het kabinet heeft voor overgangsrecht gekozen, omdat het niet wenselijk is dat belastingplichtigen worden geconfronteerd met substantiële fiscale gevolgen waarmee zij geen rekening hebben kunnen houden.

Indien in een vaststellingsovereenkomst met de Belastingdienst is afgesproken dat het gebruikelijk loon van een werknemer met een aanmerkelijk belang 75% bedraagt van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, kan deze overeenkomst van kracht blijven voor de resterende looptijd zonder nadere afstemming. Voorwaarde is dat het gebruikelijk loon op 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking wordt gesteld.

Het kabinet voert de door de Tweede Kamer aangenomen motie om de werkkostenregeling in 2023 eenmalig uit te breiden naar 3% over de eerste € 400.000 van de fiscale loonsom van de werkgever uit. Dit zal via een nadere nota van wijziging worden geregeld.

De oudedagsreserve voor ondernemers wordt per 1 januari 2023 bevroren. Toevoeging aan de oudedagsreserve na die datum is niet mogelijk. Het wetsvoorstel toekomst pensioenen bevat een verruiming van de ruimte voor ondernemers om fiscaal gefaciliteerd te sparen voor de oude dag. De aftrekruimte voor lijfrentepremies wordt vergroot van 13,3% naar 30% van de premiegrondslag. Dit wetsvoorstel moet in 2024 ingaan. Het kabinet is niet bereid om in 2024 betaalde premies voor lijfrenten in 2023 in aftrek te laten komen.

Volgens de staatssecretaris is het mogelijk onder de overbruggingswetgeving box 3 dat door het verschil tussen de rendementspercentages op beleggingen en schulden het heffingsvrije vermogen tot een relatief groot voordeel voor bepaalde belastingplichtigen leidt.