Terug naar vorige
Een man schorst in 2022 het kenteken van zijn bestelauto. Begin 2024 ontdekt de Belastingdienst dat de auto geparkeerd staat op een terrein bij een bedrijfsverzamelgebouw. Omdat het kenteken nog steeds geschorst is, legt de Belastingdienst een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting (mrb) en een verzuimboete op. De man gaat in bezwaar en voert aan dat de parkeerplek geen openbare weg is. Deze bevindt zich immers op privéterrein. De Belastingdienst handhaaft echter zowel de naheffingsaanslag als de boete. Vervolgens stapt de man naar de rechtbank.
Openbaar rijverkeer
De rechtbank oordeelt dat het parkeerterrein aangemerkt kan worden als een openbare weg in de zin van de mrb. Volgens de rechter is niet beslissend of het terrein eigendom is van een particulier of dat het bedoeld is voor een specifiek gebruik, zoals parkeren bij gehuurde bedrijfsruimten. Doorslaggevend is dat het terrein feitelijk openstaat voor openbaar rijverkeer. Het parkeerterrein is niet fysiek afgesloten door bijvoorbeeld een hek of slagboom. Er staan ook geen borden die onbevoegden de toegang verbieden en er is geen aanwijzing dat anderen dan de huurders van de bedrijfsruimten expliciete toestemming nodig hebben om gebruik te mogen maken van de parkeervoorzieningen. Op basis daarvan concludeert de rechtbank dat het terrein toegankelijk is voor openbaar verkeer en dus kwalificeert als openbare weg. Omdat de auto op dat terrein stond terwijl het kenteken geschorst was, is er terecht een naheffingsaanslag opgelegd.